3 april 2017 | Nieuws

Nu er een nieuw kabinet geformeerd gaat worden, is het de hoogste tijd om ook het onderwijs op de schop te nemen. ‘Een leven lang leren’ is al jaren overheidsbeleid, maar het komt niet van de grond. De SER heeft in maart 2017 geadviseerd om ‘Een leven lang leren’ nieuw leven in te blazen.  ‘Tijd voor verandering en meer concurrentie in het beroepsonderwijs.’ pleit dhr. Antoine Defesche, directeur van de Horeca Academie in Den Haag.

In het regulier onderwijs wordt gestuurd op macrodoelmatigheid. Het huidige aanbod van mbo-opleiders bestaat uit grote ROC’s die een bepaalde regio ‘opgelegd’ krijgen, waar zij het mbo-onderwijs mogen gaan uitvoeren. Deze ROC’s hebben te maken met hoge overhead, daarom volle klassen en dit leidt tot uitgebluste docenten, die meer een opvoedkundige taak hebben. Er blijft weinig ruimte over voor het daadwerkelijk bijbrengen van de lesstof op een uitdagende manier. Dit alles gaat ten koste van de kwaliteit van het onderwijs en is daarom niet aantrekkelijk voor de volwassenen die ‘een leven lang leren’ in de praktijk willen brengen.

Door het (nu gesloten) onderwijssysteem open te gooien voor meerdere (kleine innovatieve) aanbieders, zal de kwaliteit van het mbo-onderwijs verbeteren. Deze kleine commerciële scholen kunnen makkelijker bestaan, zijn veel wendbaarder, kunnen beter aansluiten op de werkpraktijk en de snel veranderende eisen die werkgevers stellen, halen hoger rendement en kunnen innoveren en vakmensen voor de klas zetten. Deze scholen hebben minder overhead en dus zijn kleinere klassen mogelijk met beter betaalde docenten. Daarmee kunnen zij een aantrekkelijker aanbod bieden voor volwassenen, deze groep is immers de beoogde doelgroep die een ‘leven lang moet leren’.

De bekostiging van deze scholen, zal direct vanuit de keuze van de student komen, vanuit diverse kanten is al de roep om vouchers gekomen. In plaats van dat er grote geldbedragen vanuit de overheid in de nog grotere ROC’s gepompt worden, gaat er een te besteden bedrag via een voucher naar de student. Deze mag zelf kiezen waar hij dit wil gaan uitgeven. Ook moet het vanuit werkgevers nog aantrekkelijker worden om opleidingen te bekostigen voor werknemers.

“Gezonde concurrentie zorgt voor innovatie en een betere kwaliteit van het onderwijs. Omdat er meer keus is in (kleinere) mbo-aanbieders, zullen deze hun uiterste best gaan doen om de beste opleidingen te bieden. Opleidingen die mee gaan met innovatie en ontwikkelingen binnen de arbeidsmarkt, zodat het ook voor omscholers en bijscholers aantrekkelijk blijft om een leven lang te blijven leren.’  Zegt Antoine Defesche, directeur van de Horeca Academie in Den Haag.  Door de onderwijsmarkt open te gooien en het makkelijker te maken om kleinere vakscholen op te richten, wordt innovatie door verschillende aanbieders gestimuleerd. Hij pleit ervoor dat in het onderwijs de leerling centraal staat.

Samengevat behelst de transitie het volgende:

  1. Maak het oprichten van vakscholen makkelijker;
  2. Geef het budget aan de student (vouchers);
  3. Gebruik de goede kanten van marktwerking om de kwaliteit te verhogen;

De Horeca Academie biedt praktijkgerichte kleinschalige opleidingen voor alle leeftijden en voor alle verschillende opleidingsniveaus. De Horeca Academie specialiseert zich in opleidingen die horeca gerelateerd zijn en past daarop het onderwijs aan.

Noot voor de redactie: Meer informatie over de Horeca Academie via www.horecaacademie.nl. Anna van Hannoverstraat 4, 2595 BJ, Den Haag, antoine@horecaacademie.nl. Tel 070 302 99 56

Foto: Miranda Koopman, Capaz